Wet

Op 24 juni keurde het Leuvense stadsbestuur een aanpassing van het gecoördineerd politiereglement goed betreffende het plaatsen en verwijderen van rijwielen. Deze aanpassing werd ondertussen reeds op de website geplaatst (vanaf artikel 696).

Met deze reglementering overschrijdt het stadsbestuur de haar bij wet vastgelegde bevoegdheden.

Het stadsbestuur wenst namelijk reglementen in te voeren die niet te interpreteren zijn als aanvullende reglementen, maar wel als algemene reglementen waarvan de bevoegdheid conform artikel 1 van de verkeerswetgeving bij de Koning ligt, en niet bij de gemeentebesturen, dewelke enkel bevoegd zijn voor het opstellen van aanvullende reglementering cfr artikel 3 § 2.

-Stallingsduur: waar de maximale duur van het stallen van een fiets volgens het algemeen verkeersreglement onbepaald is, wil Leuven dit vastleggen op drie weken. Vermits deze duur op het gehele grondgebied van Leuven van toepassing is en niet op een deelgebied bijvoorbeeld in de stallingen zelf, valt dit niet onder aanvullende, maar wel onder algemene reglementering, waarvoor zij niet bevoegd is.

- Stallingsplaats: volgens de wegcode wordt dit algemeen geregeld door artikel 23.3, en mag er een verkeersbord geplaatst worden volgens artikel 70.2.1.3°.f. In dat laatste artikel wordt bepaalt dat fietsen er ‘mogen geplaatst worden’. In het politiereglement wordt dit ‘verplicht’. Dit is weer een aanpassing van het algemeen verkeersreglement, waarvoor het stadsbestuur niet bevoegd is.

- Vermits er geen verkeersborden in de verkeerswetgeving bestaan die het parkeren van fietsen regelen, vindt het stadsbestuur het nodig om verkeersborden op de openbare weg te plaatsen die ze zelf heeft ontworpen, en ook dat is geen gemeentelijke bevoegdheid. Bovendien wordt in artikel 80.2 van de wegcode het nabootsen van verkeersborden expliciet verboden.

Op basis van niet-geldige verkeersborden en niet-geldige politiereglementen worden dus elke dag fietsen opgehaald op kosten en risico van de eigenaars. Dit creeërt een fietsonvriendelijk klimaat in de Vlaams-Brabantse hoofdstad, wat onvermijdelijk een negatieve impact heeft op de duurzame mobiliteit in Leuven, en bij uitbreiding in Vlaanderen.