Meesterke Meesterke

Het Veto archief blijkt een dankbare bron van Tobback uitspraken over fietsers en aanverwanten. Eén tendens is nog steeds herkenbaar: eerst van alles beloven voor fietsers, en dan later afgeven op de fietserkes omdat ze hun fiets niet gebruiken zoals hij dat in zijn hoofd heeft. Terwijl hij zelf met twee maten weegt: bij het stallen van een fiets wordt je gelijkgeschakeld met een autochauffeur die zijn wagen in een (rand)parking moet parkeren, en bij het rijden ziet hij fietsers niet graag op de rijbaan omdat ze 'het verkeer' dan te veel storen.

Fietsers zijn geen voetgangers.
Fietsers zijn geen autochauffeurs.
Fietsers zijn een derde soort in de stedelijke mobiliteit, die dringend moet gestimuleerd worden indien we onze steden leefbaar en klimaatneutraal willen maken. Geef fietsers de ruimte, geen aalmoes!

Uit jaargang 22 nummer 18

Tobback: «Er zullen veel meer fietsstallingen komen. In de Tiensestraat zijn veel autoparkeerplaatsen om die reden weggenomen. We zullen dat ook in de Bondgenotenlaan naar het station toe doen. Desnoods zullen we tot aan de Justus Lipsiusstraat alle autoparkeerplaatsen vervangen door fietsstallingen, maar dan moeten die wel gebruikt worden. Vanaf september, bij de aanvang van het nieuwe akademiejaar zullen we daar ook op toezien. We zullen wel sportief zijn: eerst zal de verkeerd geparkeerde fietser een verwittiging krijgen via een sticker aan zijn stuur of zo, en de volgende keer kan de eigenaar de fiets aan de Philips gaan terughalen.»
«Ik wil wel even reageren op de vrije tribune in Veto van verleden week van die gasten van Genoeg! (NVDR: zie onder) Ze stellen dat de fiets een punt-tot-puntvervoermiddel is en dat het dus niet kan dat men zijn fiets op één van de fietsstallingen op het Hooverplein achterlaat en te voet naar bijvoorbeeld de fakulteit psychologie verder moet gaan. Nu, als een automobilist zou zeggen dat zijn wagen een punt-tot-punt vervoermiddel is, dan zou men hem een egoïst noemen, nee? Maar met de fiets moet dat dan wel kunnen of zo? Die paar meter te voet zijn dan teveel?»
Veto: Auto's zijn wel belastender voor een stad.
Tobback: «Natuurlijk, maar ook het gedrag van de fietsgebruikers kan belastend zijn: mensen kunnen de stoep niet meer gebruiken bijvoorbeeld. In de Tiensestraat ter hoogte van psychologie moeten de voetgangers vaak de straat op omdat het voetpad vol fietsen staat. Idem dito aan het station, men geraakt soms niet eens meer aan de brievenbus.»

Uit jaargang 28 nummer 2

Veto: Betekent de gratis buspas voor studenten niet vooral konkurrentie voor de fiets?
Tobback: «Er is zeker ook een vermindering van het aantal autogebruikers, dat wijst de studie van de Lijn uit. Deze vermindering is echter zeker nog niet voldoende. Ten tweede geeft de buspas een legitimatie om overtredingen van de blauwe zone te verbaliseren. Vroeger kon iemand die verkeerd geparkeerd stond, zich nog verschuilen achter het argument dat er geen andere mogelijkheid was. Ten derde heb ik liever dat een potentiële fietser de bus neemt, die sowieso door de stad rijdt dan dat hij met zijn fiets plaats inneemt op de rijbaan. Toch hebben we veel gedaan om de fiets te promoten. De fietsenrekken die overal gezet zijn, hebben ook kwaad bloed gezet bij sommige bewoners, die vroeger op die plaatsen hun auto kwijt konden. Voetgangers op de Grote Markt bijvoorbeeld zien niet graag fietsers komen. Ik heb liever een fiets dan een auto, maar ik heb nog liever een voetganger dan een fietser. »

Uit jaargang 36 nummer 11

Tobback kadert de bouw van de fietsenstalling in een bredere aanpak van de fietsgebruiker. "De psychologische realiteit is dat de fietserkes het liefst van al mijn kantoor zouden willen binnenrijden. Of de winkel, of het café, enfin. Neem nu de sportoase: daar staan nieuwe fietsenstallingen, maar de fietsers zouden hun fiets desnoods in de draaideur parkeren als het kon. Dat is een vorm van luiheid, maar ik ben er ondertussen eerder filosofisch over geworden."
De burgemeester buigt die filosofie in het kader van het Fochplein dan toch erg vlot om tot een beleid met de harde hand: "Er komen overdekte, bewaakte stallingen maar dan moet men zijn fiets niet meer tegen de Sint-Pieterskerk smijten. Diegene die dat nog doet, vindt zijn fiets niet meer terug." Een gewaarschuwd student is er twee waard.

Ter info het artikel waar Tobback in de eerst quote op reageerde.

Verkeersplan LeuvenToen Genoeg zo'n twee maanden geleden buiten de eigen organisatie even ging polsen of er in Leuven voldoende bereidheid was om de fietsakties, die nu reeds zo'n twee jaar geleden gestaakt werden, te hervatten, was er een algemene terughoudendheid. Burgemeester Tobback zou immers met een mobiliteitsplan op de proppen komen. Onze burgervader zou naar goede gewoonte weer eens de les spellen.

Op wat moesten we dan zo nodig wachten? De Groep Planning kreeg de opdracht om een studie uit te voeren om het lussenplan te verbeteren. Het is duidelijk niet de bedoeling het autogebruik te verminderen, tenzij dan in de buurt van het stadhuis natuurlijk. De studie zal ongeveer twaalf maanden in beslag nemen. Maar geen getreur, men boert verder. Aan het Martelarenplein komt er een tunnel die tienmaal zoveel zal kosten als er jaarlijks wordt uitgegeven aan het fiets(non)beleid. Deze tunnel zal de verkeersdrukte op de ring en de vesten vergroten en het autoverkeer naar Leuven zuigen. Daarenboven zal men in de buurt van het station een groot aantal nieuwe parkeerplaatsen bouwen, terwijl men de duizenden fietsers (zie het ontbreken van degelijke en bewaakte fietsstallingen) die wekelijks de trein gebruiken en de vele busgebruikers (zie de bouwvallige luifel) in de kou laat. En dit alles terwijl er een konsensus groeit rond het feit dat trein, tram, bus en fiets best zo goed mogelijk op elkaar aansluiten.
Alsof dat nog niet genoeg is, blijft men zwaaien met plannen voor meer dan 1500 nieuwe autoparkeerplaatsen in het centrum. En de fietser? Die krijgt een honderdtal gebrekkige fietsstallingen aan het Hooverplein. Hij zal dan wel te voet moeten van het Hooverplein tot aan het PSI "'t Is toch logisch met de fiets in de stad." Voor diegenen van slechte wil: tot nader order is de fiets nog steeds een punt-tot-puntvervoersmiddel. Trouwens in tegenstelling tot wat men vaak zegt, hebben studies in het buitenland aangetoond dat een koherent beleid ten voordele van de zwakke weggebruiker niet alleen de stad leefbaarder maakt, maar ook de plaatselijke handelaar ten goede komt.
Om zijn plannen door te drukken doet onze burgervader weer eens beroep op zijn plat populisme. Met zinnen zoals "Mensen stemmen op wielen." (lees autowielen) moet weer eens duidelijk blijken dat Tobback elk maatschappelijk debat tracht te ontwijken. Ook wij geloven niet in een referenda over het mobiliteitsprobleem. Niet zozeer omdat wij denken dat de burger niet verder ziet dan zijn neus lang is -- dat soort van redeneringen laten we aan anderen over -- maar wel omdat een referendum het maatschappelijk debat ten gronde vaak in de weg staat. En het is net dat debat dat nu gevoerd moet worden, niet met Tobback, maar met alle weggebruikers. Men kan de alarmerende berichten over de steeds hogere ozonkonsentraties, het broeikaseffekt, de weekenddoden toch niet blijven negeren. Bovendien zorgt de auto voor een steeds grotere immobiliteit. De slogan "De auto mijn vrijheid" is allang ekologisch, sociaal en ekonomisch niet meer verantwoord. Ondanks het feit dat het grootste deel van de Belgische bevolking niet automobiel is (en dit omwille van praktische redenen ook nooit zal kunnen worden) blijft men steeds meer geld pompen in het 'gouden kalf', openbare ruimtes inpalmen, pleinen vermaanlandschappen,... En ondertussen wordt het openbaar vervoer verder afgebouwd en de fietser van de baan gereden. Reden genoeg dus voor een sereen debat, los van al het gelobby van de auto-, beton- en petroliumindustrie. Of hoeveel jongeren moeten er nog langs het offeraltaar passeren?
Ten slotte zijn zo'n negentig procent van de Leuvense studenten niet automobiel. Wij verwachten dan ook van de Leuvense studentenvertegenwoordigers een duidelijke keuze voor een andere mobiliteit. Gebrekkige fietsstallingen? Neen, dank u!

Genoeg!-Leuven.